“Kwaliteit ontstaat in de harten van mensen”
Verslag themasessie Kwaliteit van plan - deel 1
Bij binnenstedelijke gebiedstransformaties staat de kwaliteit van plan snel onder druk. Bijvoorbeeld door urgentie, optimalisaties om de haalbaarheid te vergroten, uiteenlopende belangen en een intensiever gebruik van het gebied. Hoe houd je dan de kwaliteit van het plan hoog? Tijdens de themasessie Kwaliteit van Plan tipt Flip ten Cate (Federatie Ruimtelijke Kwaliteit) handige kwaliteitsinstrumenten en pleit hij voor een stapeling van belangen om kwaliteit te winnen.
“Ruimtelijke kwaliteit is een zachte waarde die niet in geld valt uit te drukken”, opent Flip ten Cate de themasessie Kwaliteit van Plan, “maar iedereen weet wel dat het van belang is.” Volgens de directeur van de Federatie Ruimtelijke Kwaliteit loopt het vaak genoeg mis, waardoor Nederland volgens sommigen “het lelijkste land van Europa is” door bijvoorbeeld de grote distributiecentra langs de snelweg. Die hoeven er volgens Ten Cate helemaal niet zo uit te zien. “Bedrijven willen het natuurlijk zo goedkoop mogelijk houden, maar we leven hier wel met z’n allen. Dat is jouw belang als overheid. Er is dus niet alleen een economisch belang te dienen. Mijn stelling is: probeer voorbij het primaire belang van de investeerder te kijken. En om tot kwaliteit te komen, moet je belangen stapelen.”
Als voorbeeld noemt Ten Cate de Katwijkse zeewering. Voor de kust van Katwijk moest een stuk duinen flink verhoogd worden om te voorkomen dat bij hoog water het dorp onder water zou lopen. “Ik geloof dat het zes meter hoger moest en dat was onacceptabel voor de gemeente en inwoners. Het werd gezien als een soort Atlantikwall, terwijl de vissersplaats juist contact met de zee wil houden.” Katwijk besloot belangen te stapelen: de benodigde betonnen zeewering werd tegelijk een parkeergarage, waardoor het parkeerprobleem grotendeels werd opgelost, met daarbovenop ruimte voor natuurontwikkeling. “Natuurlijk is zo’n project duur, maar met verschillende potjes betaalde niet alleen de gemeente hiervoor.”
Kwaliteit voorbij de regels
Hoe meer eisen er zijn, hoe knapper ontwerpers worden, vindt Ten Cate. “Vraag je om een simpel huis in een weiland, dan krijg je dat. Vraag je meer, dan krijg je meer. Bijvoorbeeld een mooi huis of een prettige leefomgeving. Schrik dus niet van ingewikkeldheid. Sterker nog: soms levert de vraag om een extra functie wel de oplossing.” Volgens de directeur van de landelijke koepel van welstandscommissies zorgen regels zelf nooit voor kwaliteit. “Je hebt ze wel nodig, maar ze garanderen geen kwaliteit. Kwaliteit ontstaat wel in de harten van mensen. Kwaliteit wordt werkelijkheid waar visie, vakmanschap en daadkracht een ontmoeting aangaan met de omgeving. Dat is ook het motto van het pleidooi Mooiwaarts dat we vanuit de Federatie Ruimtelijke Kwaliteit in 2012 hebben geschreven.”
Kwaliteit valt volgens Ten Cate dus niet in regels te vatten. Hoe dan wel?
- Raak de harten van mensen: passie, wil, herkenbaarheid, aanspreekbaarheid zijn nodig.
- Visie: stel een helder doel voor ogen en weet waar je naartoe wil. Deel de visie met de markt, overheid en omwonenden.
- Vakmanschap en ontwerpkracht: je moet weten wat je doet en hoe.
- Daadkracht: een plan moet haalbaar zijn en daarvoor zijn organisatiekracht, geld, regels en doorzettingskracht nodig.
- Verbinding met omgeving met participatie, draagvlak, oog voor erfgoed en meekoppelende belangen: onderzoek waar de omgeving om vraagt en wat er speelt.
Terug naar de Romeinen
In de vierde nota Ruimtelijke ordening wordt ruimtelijke kwaliteit benoemd als het belangrijkste hoofddoel én als een combinatie van gebruikswaarde, belevingswaarde en toekomstwaarde, of zoals Vitruvius rond het begin van onze jaartelling het noemde: ‘utilitas’ (doelmatigheid), ‘venustas’ (esthetiek) en ‘firmitas’ (robuustheid). Habiforum heeft vervolgens die drie waarden gekoppeld aan vier belangen. “Als je daar een matrix van maakt en die invult per project en per locatie, dan krijg je een agenda voor wat daar speelt”, zegt Ten Cate.
“Die matrix is 25 jaar oud, maar leeft niet bij gemeenten”, aldus Ten Cate. “Want hij werkt deels; hij neemt de onderliggende politieke keuzes niet mee. Bijvoorbeeld geld verdienen of een ecologische zone aanleggen.” Ook wijst Ten Cate erop dat het in de nieuwe Omgevingswet niet om ruimtelijke kwaliteit gaat, maar om omgevingskwaliteit. “Dat is een optelsom van ruimtelijke kwaliteit plus de omgevingsbelangen, participatie en het gevoel dat je de omgeving verrijkt met het initiatief. En dat klinkt ingewikkeld, maar het is niet onoplosbaar. Dit vergt oefening; je moet weten wat wel en wat niet werkt.”
Instrumenten voor kwaliteit
Ten Cate geeft de deelnemers aan de themasessie naast de matrix van Habiforum ook het Rad van de Leefomgeving van de Nationale Omgevingsvisie en Ambitieweb van Rijkswaterstaat mee als concrete kwaliteitsinstrumenten. Daarnaast benoemt hij nog enkele aandachtspunten:
- Gebiedskennis: kijk naar de cultuurhistorie, trek de logische historische lijnen dóór. Analyseer de ontwikkeling van de plek, zodat je beter weet waar je naartoe kunt.
- Benoem kwaliteit als nevengeschikt doel: deze “dubbeldoelstelling” moet een bestuurlijk besluit zijn en bij elke beslissing en investering meewegen.
- Begeleid de gebiedsontwikkeling met een supervisor/Q-team.
- Borg kwaliteit op alle schaalniveaus: visie, stedenbouw en landschap, architectonisch detail.
- Meekoppelende belangen zijn geen meeliftende belangen: als je andere belangen integreert, dan mag je ook een bijdrage terugverwachten.
- Maak gezond verstand belangrijker dan regels: wijk af indien nodig, maar maak een zorgvuldige afweging wanneer je dit doet.
- Kwaliteit is niet te ‘meten’, wel te ‘weten’ (en smaken verschillen): daarom moet je het juist samen bespreken.
Een schets van het ideale plan
De afgelopen jaren heeft Ten Cate zelf met het initiatief Mooiwaarts ongeveer zeventig pilots rondom het omgevingsplan bestudeerd. Dat plan vormt straks het hart van de Omgevingswet en hierin moet de gemeente de heldere randvoorwaarden voor alle activiteiten in de fysieke leefomgeving omschrijven. Uit het onderzoek komt geen modelplan voort, maar een Schetsboek voor een omgevingsplan op kwaliteit. “Hoe zorg je dat het omgevingsplan straks bijdraagt aan de omgevingskwaliteit? Daarvoor hebben we tien principes opgesteld, waaronder dat je publieke belangen moet koppelen aan private belangen, logische historische ontwikkeling moet doortrekken, moet aansluiten bij bestaande gebiedskwaliteiten en een vergunningstelsel moet hebben met kwaliteitsgesprekken en kwaliteitsadvisering.” Ten Cate besluit uiteindelijk zijn kennisoverdracht met een kleine bemoediging voor de deelnemers: “Kwaliteit kost tijd, maar het levert wel profijt.”
Bekijk ook de presentatie
- Kwaliteit van het plan – Flip ten Cate (Federatie Ruimtelijke Kwaliteit/Mooiwaarts)