Werken aan steden die gezond, sociaal, bereikbaar en veerkrachtig zijn
Interview met Harriet Tiemens, wethouder gemeente Nijmegen
Harriët Tiemens is wethouder (Duurzaamheid, Wonen, Mobiliteit, Parkeren, Groen & water) in de gemeente Nijmegen en de nieuwe voorzitter van de fysieke pijler van de G40. Welke opgaven ziet zij wat betreft binnenstedelijk bouwen? En wat zijn binnen de fysieke pijler dé speerpunten voor de komende periode? Ze vertelt over hobbels en kansen en over wat haar eigen drijfveren zijn.
Een passend woningbestand
De beschikbaarheid van woningen is een grote opgave binnen het binnenstedelijk bouwen.
Er zijn in mijn stad Nijmegen, maar zeker ook landelijk, grote tekorten. Die tekorten in woningbouw zie je voornamelijk binnen twee segmenten. Jonge mensen kunnen op dit moment geen starterswoningen kopen. En er is een gebrek aan huurwoningen in het middensegment. Gemeenten worstelen met het instrumentarium dat zij tot hun beschikking hebben om woningen langdurig betaalbaar te houden. Vaak bieden gemeenten grond goedkoper aan om minder dure woningen te kunnen bouwen. Maar hoe voorkom je nou dat de woningen die we nu bouwen om aan de vraag te voldoen op termijn toch weer te duur worden? Hoe maken we de prijs van woningen toegankelijk en op de lange termijn beheersbaar? Want wat we willen is voldoende woningen voor alle doelgroepen.
Een uitdaging die voortvloeit uit de vraag naar beschikbare woningen is de uitbreiding van het woningbestand. Waar gaan we die extra woningen dan realiseren? Kunnen we wel uitbreiden? Dat is de discussie. De meeste steden moeten door ruimtegebrek inbreiden. Eigenlijk is zowel inbreiden als uitbreiden problematisch. Inbreiden legt druk op de mobiliteit en andere faciliteiten. Hoe zorg je dat een stad leefbaar en aantrekkelijk blijft met steeds meer mensen op de vierkante kilometer? Bij uitbreiden zien we vaak dat er bij gemeenten geen geld meer is voor de voorzieningen die een wijk aantrekkelijk maken. Naast het bouwen van woningen moet je ingrepen doen in de openbare ruimte en je moet zorgen dat een wijk bereikbaar is. Dit is allemaal erg kostbaar.
Speerpunten voor fysieke pijler
Een ander speerpunt is de energietransitie. Dit is hét item voor de komende periode. Hoe gaan we om met de transitie in de bestaande bouw? Die vraag ligt op de tafel van de klimaatonderhandelingen en is daar voor een groot deel al uitgewerkt. De wetgeving moet nu worden aangepast zodat wij als gemeenten er mee aan de slag kunnen. Zo moeten we een warmteplicht krijgen. Wij hebben nu wettelijk de plicht om woningen aan te sluiten op gas. Dat is inmiddels achterhaald. En wie gaat de aansluiting op hernieuwde energie betalen? Dat zullen we ook samen gaan bepalen.
Om de transitie echt succesvol te laten zijn moeten we de mensen mee zien te krijgen. We hebben in Nijmegen al stappen gezet met woningcorporaties. Samen met hen voeren we Stadsvernieuwing 2.0 uit. In sommige wijken moet groot onderhoud plaatsvinden en dan pakken we de verduurzaming van de woningen mee. Zo hoeven we bij mensen maar één keer achter de voordeur te komen. Samen met de corporaties is het uitdokteren van een businesscase voor veel woningen tegelijk goed te doen. De wijken waar particuliere woningeigenaren zijn blijken problematischer. Het is nu nog volstrekt onduidelijk hoe we daar de transitie moeten financieren. Duurzaamheidsleningen lossen dit probleem onvoldoende op. De gebouwgebonden financiering ligt op tafel als een oplossing. Het is aan ons en Leeuwarden om dit concept verder te onderzoeken. De gemeenten Haarlemmermeer, Arnhem en Nijmegen zijn op dit moment bezig met een pilot rond de gebouwgebonden financiering. Op het eerste oog een simpel en doeltreffend concept, maar het is in de praktijk financieel en juridisch ingewikkelder dan het lijkt.
Een andere grote opgave is de invoering van de Omgevingswet. Dat vergt veel van iedereen. Van het Rijk en van gemeenten. Het gaat erom dat we op een integrale manier gaan kijken naar ruimte, wonen en mobiliteit. Hoe je dat precies moet doen is nog niet duidelijk. Je ziet de worsteling op rijksniveau. Bij middelgrote steden zie je dat het wel al lukt omdat het ambtenarenapparaat daar een stuk kleiner is. Mensen kunnen dan letterlijk snel schakelen.
En ik ga nog even door met de speerpunten: de transformatie van wonen en zorg. De extramuralisering van de zorg is in gang gezet. Instellingen moeten cliënten laten uitstromen. We zien echt mogelijkheden om die extramuralisering op te vangen, maar het tempo is fors. Het is nu moeilijk voor gemeenten en corporaties om mensen een woonomgeving te bieden die prettig voor ze is. Bovendien is de omschakeling voor de mensen zelf enorm groot. Ze moeten wat meer tijd krijgen om te wennen aan hun nieuwe situatie. Ik ben er echt van overtuigd dat het kan, maar het tempo, daar schrikken we van.
Zoals je merkt hebben we genoeg te doen de komende jaren. Alles is relevant.
Want het grote doel is om de ongedeelde stad te behouden of versterken en segregatie tegen te gaan. Een ongedeelde stad is gewoon het meest plezierig.
Drijfveer
Ik zie graag dat steden plezierige en ontspannen plekken blijven. Veel mensen zijn afhankelijk van de stad. Er komt steeds meer druk op de steden te liggen door de trek er naartoe. Mijn doel is dat het plezierige plaatsen zijn om te blijven en bewonen. Dat er genoeg frisse lucht is, dat we plekken houden voor openbare ruimte. Ik wil graag dat steden inclusiever worden. Met faciliteiten voor iedereen van elke leeftijd. En de stad moet veerkrachtig zijn. Ze moet de veerkracht hebben om economische klappen op de vangen. En er moeten faciliteiten zijn die de stad helpen met extremen in ons klimaat om te gaan. Na de hete zomer die we net achter de rug hebben zien we dat koelte erg nodig is. Kortom, ik vind dat we moeten werken aan steden die gezond, sociaal, bereikbaar en veerkrachtig zijn.
Vrijplaats aan de Waal
Een mooi voorbeeld van een transformatie in stedelijk gebied waar Harriet Tiemens zich hard voor heeft gemaakt is de herinrichting van de Waalkade in Nijmegen. Het idee is om de kade een kwaliteitsimpuls te geven zodat mensen veel meer kunnen gaan genieten van de unieke ligging van Nijmegen aan het water. De plannen zijn om aan de kade veel groen aan te planten, een wandelpromenade te maken en ruimte te creëren om te spelen en te picknicken. Bij de herinrichting wordt het centrum van Nijmegen bovendien gekoppeld aan dit nieuwe recreatiegebied aan de Waal. Dit geeft een economische impuls aan de Waalkade en ontlast het drukke stadscentrum. Over de herinrichting is de afgelopen jaren veel overleg geweest met bewoners van de stad en ondernemers aan de kade. De herinrichting zou voor de Vierdaagse van 2019 klaar moeten zijn.