Banner stratenplan

Wonen in een gezonde leefomgeving: breng het in balans

Hoe groot zijn de opgaven voor Noord-Holland op het gebied van woningbouw en een gezonde leefomgeving? En hoe verhouden deze ambities zich tot elkaar? Jeroen Olthof (PvdA) en Jelle Beemsterboer (BBB), gedeputeerden in Noord-Holland, wisselen hierover van gedachten in de aanloop naar de 8e editie van het jaarcongres dat het programma Stedelijke Transformatie op 17 april organiseert. Dit keer samen met de provincie Noord-Holland.

De woningbouwopgave in Noord-Holland is urgent, dat zal niemand verrassen. Jelle Beemsterboer, gedeputeerde voor onder meer Wonen, illustreert het aan de hand van een persoonlijk verhaal. “Ik sprak afgelopen week met een jonge vrouw die met haar kleine dochtertje in de daklozenopvang slaapt sinds haar relatie ten einde kwam. “Dat komt omdat we de afgelopen jaren te weinig woningen hebben gerealiseerd”, stelt Beemsterboer vast. “Die vrouw heeft gewoon een baan en een normaal leven, maar toch geen dak boven haar hoofd. Zo zijn er duizenden mensen in Noord-Holland.”

Woningbouw versnellen

De overheid kan het zich niet permitteren om deze mensen nog langer in de kou te laten staan, vindt Beemsterboer. “We hebben de grondwettelijke en morele plicht om te zorgen voor volkshuisvesting. Dat hebben we verzuimd. Het enige wat we nu nog kunnen doen is zoveel mogelijk bijbouwen. Noord-Holland heeft nog 140.000 woningen tot en met 2030 nodig, anders zullen er mensen dakloos blijven. Als provincie hebben we een activerende en aanjagende rol richting gemeenten, corporaties en ontwikkelaars om de woningbouw te versnellen.”

Opgaven met elkaar in evenwicht brengen

Jeroen Olthof, gedeputeerde voor onder meer Gezonde leefomgeving en Milieu, onderschrijft de noodzaak om tempo te maken met de woningbouw in Noord-Holland. Olthof: “Wij kennen allemaal de mensen in onze omgeving die dringend een woning nodig hebben. Maar we hebben ook lessen uit het verleden geleerd: we willen mensen een omgeving bieden waar ze gezond en plezierig kunnen wonen. Voorheen hebben we bij woningbouw te weinig naar de relatie met andere opgaven gekeken. Die moeten we meer met elkaar in evenwicht brengen.”

Overlast van bedrijven tegengaan

Olthof verwacht hierbij veel winst te behalen door overlast van bedrijven tegen te gaan. “Dat kan met betere vergunningen, beter toezicht en handhaving, en door beter te meten en weten wat er speelt. Het is zeker niet zo dat we bedrijven willen wegpesten. Ook de werkgelegenheid waar een bedrijf voor zorgt, draagt bij aan een gezonde omgeving. Daarvoor heeft een bedrijf wel perspectief nodig. Het moet op een gezonde manier het bedrijf kunnen runnen. Dat is het spanningsveld waarin we opereren: hoe verhouden woningbouw, leefomgeving en infrastructuur zich tot elkaar? En hoe kan je dat op een gezonde manier ruimtelijk organiseren? In Noord-Holland komen we 27 procent ruimte tekort om alle opgaven die we hebben in te vullen. Dan kan het kan soms knellen, laten we dat dan ook expliciet benoemen. In het verleden hebben we een aantal impliciete keuzes gemaakt waarvan we achteraf zeggen: hoe hebben we dat kunnen doen met elkaar? Besturen is expliciet een afweging maken tussen de verschillende onderdelen.”

Vroegtijdig afstemmen

Keuzes maken is dus onvermijdelijk en gedeputeerde Beemsterboer benadrukt dat die keuzes vooral ook tijdig moeten worden gemaakt. “Als we met elkaar concluderen dat het leven in een gezonde leefomgeving – of in ieder geval een omgeving zonder overlast – belangrijk is, dan moeten we daar ook tijdig naar handelen. Het ergste dat je kan gebeuren is dat je ergens tien jaar met een woningbouwlocatie bezig bent, en dan tot de ontdekking komt dat de ontwikkeling op die plek niet door kan gaan. Je moet vooraf weten welke gebieden risicovol zijn, zodat je daar omheen kunt bouwen en vroegtijdig kunt afstemmen als je toch in die gebieden aan de slag wilt.”

Ruimte creëren tussen wonen en bedrijvigheid

Kijk dus vooruit, is de boodschap van beide gedeputeerden. “Kijk daarbij ook naar bedrijven die in het verleden zijn gebouwd en inmiddels in verstedelijkt gebied zitten”, voegt Olthof daaraan toe. “Misschien kan zo’n bedrijf begeleid worden naar een locatie waar het weer perspectief heeft en niet steeds met procedures vanuit omwonenden te maken krijgt. Ook kan het een oplossing zijn om met de huidige technieken het productieproces aan te passen, zodat overlast tot een minimum kan worden teruggebracht. Gaat een bedrijf weg? Vul die ruimte dan niet meteen op met nieuwe bedrijvigheid. Je kunt er ook voor kiezen om die ruimte leeg te laten, zodat er op den duur ruimte ontstaat tussen de bebouwde woonomgeving en bedrijvigheid.”

Meer groen in de woonomgeving

Provincie Noord-Holland heeft in kaart gebracht op welke locaties gebouwd kan worden en waar op dit moment al bestemmingsplannen zijn of worden voorbereid voor nieuwe bouwlocaties. Die locaties bieden voor de periode tot en met 2030 ruimte voor meer dan 200.000 woningen. Het merendeel daarvan ligt in binnenstedelijke locaties. “Hier liggen zowel kansen als uitdagingen”, ziet Olthof. “Ook in de stad moeten er plekken zijn om te recreëren en te genieten van het groen. Bedrijven die op de huidige locatie niet meer kunnen uitbreiden, kunnen zich buiten de stad vestigen op plekken waar dat nog wel mogelijk is. Op de vrijkomende grond kun je nieuwe woningen bouwen.” Beemsterboer ziet nog meer mogelijkheden voor groen in de woonomgeving en wijst hierbij op de bossenstrategie van de provincie. “Wij moedigen gemeenten aan om bos vaker in of in de buurt van woonwijken aan te leggen. Dan kun je combinaties maken van klimaatadaptieve woonwijken met recreatie. Veel beleid kan elkaar versterken.”

Gezondheid in wet- en regelgeving

Het wettelijk kader om nieuwbouw en een gezonde leefomgeving met elkaar te verbinden, ontbreekt nog, constateert Olthof. Ook de nieuwe Omgevingswet schiet hierin wat hem betreft tekort. “Voldoen aan alle regels is niet altijd gezond. Tata Steel voldoet op een heleboel vlakken aan de regels. Maar toch is het er niet gezond in de omgeving. Met andere woorden: we hebben met elkaar een systeem opgetuigd met milieuregels, waar het woord ‘gezond’ maar beperkt in voorkomt. We moeten dus ook naar dat systeem kijken: hoe nemen we het aspect ‘gezondheid’ mee in wet- en regelgeving?”

Wil je met Jeroen Olthof en Jelle Beemsterboer meedenken over wat er nodig is voor een gezonde leefomgeving? Of ben je benieuwd naar het programma ‘Gebiedsontwikkeling: gezond en snel, het kan wel’ van het Jaarcongres Stedelijke Transformatie en wil je je alvast aanmelden?

Meer informatie over Jaarcongres en aanmelden